WAT MET ONZE  (LEGE) KERKEN? WAT MET ONZE  (LEGE) KERKEN? WAT MET ONZE  (LEGE) KERKEN? WAT MET ONZE  (LEGE) KERKEN? WAT MET ONZE  (LEGE) KERKEN?

WAT MET ONZE (LEGE) KERKEN?

28 - 08 - 2017

Ik herinner mij nog levendig de tijd  toen de invloed van de ‘Kerk’ en ‘Mijnheer Pastoor’ zeer groot waren en ze voor een stuk ons sociaal en maatschappelijk leven kleurden  en bepaalden.
Sinds het midden van de jaren zestig van  vorige eeuw is de ontkerstening begonnen met als gevolg teveel kerken voor het steeds kleiner wordend aantal gelovigen, met eveneens   een tekort aan priesters omwille van het  gebrek aan roepingen.

Hoog tijd om ons te bezinnen over wat we gaan doen met de vele kerkgebouwen die onze stad rijk is.

Weetje: Nog maar 5 % van de Vlamingen gaat naar de wekelijkse mis. Van de burgerlijke huwelijken wordt slechts 30 % gevolgd door een plechtigheid in een kerk. Daar tegenover vindt wel 70 % van de begrafenissen  plaats in een parochiekerk.
Door de afname van de kerkpraktijk worden verschillende parochiekerken niet of veel minder gebruikt voor hun religieuze functie. Het niet gebruiken van kerkgebouwen kan op lange termijn tot verwaarlozing en verval leiden terwijl meerdere andere maatschappelijke functies met plaatsgebrek kampen. 


Een kerkenbeleidsplan!

De lokale kerkelijke en gemeentelijke overheden hebben van de Vlaamse overheid de opdracht gekregen om samen een globaal kerkenbeleidsplan op te maken voor hun gemeente.
Het door bisdom en gemeenteraad goedgekeurde kerkenbeleidsplan moet ten laatste op 30 september 2017  worden voorgelegd aan het agentschap Onroerend Erfgoed.
Het kerkenbeleidsplan is noodzakelijk voor het  verkrijgen van verhoogde restauratiepremies en van toelagen  voor kerken die voor de erediensten open blijven.
Naast het bestaan van een lokaal kerkenbeleidsplan, als voorwaarde voor het verkrijgen van subsidies, zijn er nog andere redenen waarom het aanbevolen is om een plan op te stellen.
Een parochiekerkenplan kan dienen in allerlei beleids- en beheersplannen. Het kan een objectief beeld geven over het gebruik van de parochiekerken en alle positieve en minder gunstige gevolgen die daaraan verbonden zijn.

De opmaak van het Leuvens kerkenbeleidsplan kent een lang voortraject waarbij het Centraal Kerkbestuur Leuven nauw samenwerkte met de stad Leuven en de betrokken kerkraden.

Bij de herbestemming van erfgoed vertrekt men steeds van de erfgoedwaarde van het gebouw.

Vanwege de symboliek van een kerkgebouw dat in zijn functie als godshuis mensen samenbrengt om te bidden, te vieren, te gedenken en te rouwen, bezitten kerken ook een belangrijke belevingswaarde die weinig tastbaar is, maar zeer aanwezig en die een belangrijke rol speelt.
Zelfs indien een kerk ontwijd wordt, is het belangrijk om ook deze invalshoek bij herbestemming indachtig te zijn.
Naast het onroerend erfgoed verdient ook het roerend erfgoed in de kerken aandacht, zeker bij een herbestemmingsproject.
De Leuvense kerken beheren  een belangrijk deel van het kunstpatrimonium in de stad. Dit is de reden dat de stad  kerken stimuleert tot het inventariseren van hun collecties.
Onze stad telt momenteel  twintig parochiekerken.
In Leuven werden reeds meerdere kerken en kapellen  herbestemd.  Slechts één voorbeeld.

Een kerk als restaurant van een woonzorgcentrum

Een van de recentste (april 2016) en meest tot de verbeelding sprekende herbestemmingen is die in de Brabançonestraat waar de beschermde Sint-Alfonsiuskerk in 2006 werd gesloten als kloosterkerk van de paters Redemptoristen.
De kerk mocht niet worden gesloopt voor de bouw  van het nieuwe woonzorgcentrum Sint-Vincentius en werd bijgevolg geïntegreerd in het project.


De oude kerk is nu omgetoverd tot een toprestaurant, voor de bewoners van het woonzorgcentrum, onder leiding van een tweesterrenkok. 
Door de nieuwe functie blijft de kerk in gebruik en is het een plek van samenkomst. Een prachtig voorbeeld van de herbestemming van een kerk.
Sint-Vincentius is een zeer stijlvol  complex met heel wat ‘verwensnufjes’, maar je betaalt er ook voor. Een standaardkamer kost 2.700 euro per maand. En wil je een suite, dan betaal je 125 euro per dag.

Toeristische toekomst!

 

Leuven is bijzonder rijk aan  religieuze gebouwen met een uitzonderlijke historische en architectonische waarde.
De toeristische dienst wil er voor ijveren dat deze kerken meer en regelmatiger toegankelijk zijn. 
Uiteraard is de Sint-Pieterskerk onze grote trots, de restauratie nadert de eindfase.
Wat de binnenrestauratie betreft werd  geopteerd om in verschillende fasen te werken, zodat   de kerk   steeds voor de eredienst kan worden gebruikt. Elke fase duurt ongeveer een jaar.

De eerste fase (van het interieur) omvatte de vernieuwing van de verwarming en de verlichting.
Aansluitend volgde fase 9, de noordelijke zijkapellen. De binnenmuren, gewelven, gewelfschilderingen, altaren en de bijhorende kunstvoorwerpen werden toen gerestaureerd. .

Fase 10 omvat de restauratie van de natuurstenen binnenmuren, de gewelven en gewelfschilderingen van de dwarsbeuk, de torenmaquette en de bouw van 2 nieuwe inkomportalen.
Het inkomportaal aan de zuidzijde omvat tevens een museumwinkel, aan het inkomportaal aan de noordzijde  komt de weekkapel.
Fase 11 zorgt voor de restauratie van de gewelven van het koor en de herstelling van de kapel van de Fiere Margriet, de restauratie van de kunstvoorwerpen in het koor, het koorgestoelte, de preekstoel, de doopvont en de sacramentstoren.
Naast rooms-katholieke erediensten zullen concerten en andere culturele evenementen als nevenbestemming blijven doorgaan in onze hoofdkerk. Door de profilering van  Leuven als orgelstad, met de hieraan verbonden concertreeksen en orgelfestival, zal het gebruik van de kerk hiervoor alleen maar toenemen.
Vandaag wordt de Sint-Pieterskerk als erfgoedsite nog ondergewaardeerd.
Enkel de M-Schatkamer van Sint-Pieter is ontsloten voor het brede publiek.
M-Leuven beheert de inventaris van het roerend patrimonium.

Ondanks het niet onbewogen verleden van de Sint-Pieterskerk bleven enkele topstukken van uitzonderlijke kwaliteit bewaard.


Vooral de cluster Vlaamse Primitieven is absoluut uniek.
Drie schilderijen werden dan ook samen met een monumentaal gekruisigde Christusbeeld door de Vlaamse Gemeenschap in de ‘Topstukkenlijst’ opgenomen. Het triomfkruis (eind 15de eeuw) van Jan Borman domineert het sierlijke laatgotische doksaal.
De twee altaarstukken van Dieric Bouts ‘Het Laatste Avondmaal’ en ‘De Marteling van de Heilige Erasmus’ zijn absolute publiekstrekkers. Kortom een rijkdom aan objecten die in hun vaak nog originele plaats de authenticiteit van het kerkbezoek compleet maken.
De afgelopen jaren is er  hard gewerkt aan de algehele restauratie van de Sint-Pieterskerk.
In 2018 zal deze restauratie zijn afgerond.
Het ideale moment om ook na te denken over hoe de verhalen en de geschiedenis van de Sint-Pieterskerk kunnen worden ontsloten in een totaalervaring. Museum M werkt hiervoor, op middellange termijn, een nieuw concept uit.
Ik zie uit naar het moment dat de kerk  in zijn volledige glorie zal  schitteren.
Zelfs nu is het  de moeite om de kerk te bezoeken. Ik kom er tot rust en bewonder de sierlijke, blanke, gracieuze… pracht  van dit gebouw.
Laat ons onze kerken koesteren, welke bestemming ze in de toekomst ook krijgen.

Luc Ponsaerts