HET GRIJZE GOUD 1

HET GRIJZE GOUD 1

21 - 04 - 2011

Hoe de babyboomgeneratie die nu het pensioendebat kleurt over een jaar of vijftien ouderenzorg zal bepalen en als men het slim speelt oplossingen zal aanreiken.

Als tweeënzestigjarige ben ik niet allen een senior (what’s in a name) maar ben ik tevens  een babyboomer. Ik behoor tot de generatie die vlak na de  tweede wereldoorlog werd geboren en die heel wat   ingrijpende maatschappelijke veranderingen intens heeft meegemaakt, zowel op  socio-economisch als ethisch vlak. We hebben een periode gekend van ongebreidelde groei en  optimisme: the sky leek wel de limit. De verbeelding was aan de macht en het was  ‘interdit d’interdire’.  De drang tot consumptie, welvaart en emancipatie  was bijna niet in te tomen.

De babyboomgeneratie is gemiddeld de rijkste uit de vaderlandse geschiedenis. Het beschikbaar inkomen van de senioren ligt 12,5 procent boven het nationale gemiddelde en onze bejaarden  behoren tot de meest vermogende van heel Europa zowel in spaargeld als in eigendom.

Schuldgevoel !?

Dit is de mooie kant van het verhaal, maar stilaan dringen de maatschappelijke implicaties van de vergrijzing tot ons door. We leven in onzekere tijden en de verouderingsproblematiek lijkt de twijfel alleen maar te voeden. Hoe financieren we de pensioenen en zorguitgaven van morgen met een sociale zekerheid die nu al tekorten opstapelt. Hoe houden wij ons eigen welvaartsniveau in stand? Worden de jongeren van nu het kind van de rekening. Niet alleen het eigen verouderingsproces boezemt ons angst in maar ook de  (eventuele) reactie  van anderen zaait twijfel en verontwaardiging. Moeten jongere generaties werkelijk opdraaien voor het ‘gebrek aan vooruitziendheid’ van hun voorgangers?

Deze sociaal-economische tsunami hebben we decennia geleden vorm zien krijgen en dreigend dichterbij voelen komen,  maar tot nog toe verzuimden wij er ten gronde iets aan te doen. Is er een ‘clash of generations’ in de maak?

Neen, ik wil mijn  leeftijdgenoten geen  slapeloze nachten bezorgen of   een schuldgevoel aanpraten.

Onlangs is er boek verschenen  van het Itinera Institute, een onafhankelijke denktank. Zij reflecteren niet alleen over de grote problemen  van onze samenleving, maar trachten vooral bruikbare voorstellen en oplossingen  te formuleren.

De titel van het boek is in ieder geval veelbelovend en hartverwarmend: ‘Het Grijze Goud. Hoe Babyboomers van ouderenzorg een succesverhaal kunnen maken’ (Van Damme e.a. Roularta books).


Een totale ommekeer


De auteurs wijzen er vooreerst op dat ze het niet willen hebben over het pensioendebat. ‘Voor de pensioenen is het nu vijf over  twaalf. Vijftien jaar geleden wisten we reeds dat de  babyboomers vanaf 2010 met pensioen zouden gaan, en nu is het zover. Maar voor het zorgvraagstuk is er nog wat tijd. Laten we zeggen een jaar of vijftien’

Men gaat er dan ook van uit dat we tot een totale ommekeer, omwenteling moeten komen hoe we vandaag over ouderen denken.
In sommige culturen worden oude mensen, ook vandaag nog, als  positief ervaren. In het Oosten spreekt men bij de dood van een oudere over een bibliotheek die afbrandt, vanwege de kennis en ervaring die verloren gaan.  Maar in een cultuur als de onze, die wetenschap en technologie centraal stelt hebben senioren hun  wezenlijk voordeel verloren en dreigen ouderen te worden  bekeken als een dure last.

Het probleem met de babyboomers is dat ze met zo veel zijn en dat het blijven hanteren van een achterhaalde visie rond het ouder en zorgbehoevend worden  een totaal onhoudbare situatie zou creëren.

 

Cijfers zijn hallucinant

Stel dat we niets zouden veranderen aan ons huidige zorgbeleid dan zijn de naakte cijfers ronduit hallucinant.

Tegen 2050 zullen er 2 miljoen 60-plussers meer zijn  dan nu en drie maal meer 80-plussers. Als we de zorg op dezelfde traditionele wijze blijven aanpakken  dan zouden we maar liefst 180.000 extra rusthuisbedden nodig hebben de komende veertig jaar. Of we moeten vanaf nu, 40 jaar lang, om de week één rusthuis van ongeveer  90 bedden bijbouwen. Er zullen in de sector, die nu al kreunt onder chronisch personeelstekort,  nog eens 120.000 bijkomende professionele werkkrachten nodig zijn.

Kost de ouderenzorg vandaag 0,9 procent van het bruto binnenlands product dan zal dat in 2050 oplopen tot 2,6 % of bijna drie keer meer.

 

Welke oplossingen de auteurs suggereren vertellen we je in een volgende brief.

Luc Ponsaerts.
21/04/2011